Bijlage Probleemgeoriënteerd aanvraagformulier
Acuut coronair syndroom
Troponine CK-MB
Acute keelpijn
Ter uitsluiting van immunodeficiëntie of leukemie
□ Leukocyten, Leukocytendifferentiatie
Diagnostiek mononucleosis infectiosa
□ EBV-serologie (klachtenduur > 7 dgn)
Algemeen bloedonderzoek
BSE of CRP
Hb (indien afwijkend MCV, ferritine)
Glucose (evt. niet-nuchter)
TSH (indien afwijkend vrij T4)
Op indicatie:
eGFR + creatinine (vooral ouderen)
ALAT (vermoeden leveraandoening)
Anemie
Diagnostiek anemie (vrouwen met hevig menstrueel bloedverlies, kinderen met een recente infectieziekte)
□ Hb
Diagnostiek anemie (overige patiënten)
□ Hb, indien anemie: MCV, ferritine
□ Indien geen ijzergebreksanemie automatisch vervolgonderzoek:
□ (vermoeden) chronische ziekte, infectieziekte of hematologische aandoening (BSE, ijzer, transferrine, eGFR, trombocyten en leukocyten)
□ (vermoeden) vitamine-B12- en/of foliumzuurdeficiëntie (vitamine B12, foliumzuur, reticulocyten en LDH)
Vermoeden hemoglobinopathie
□ erytrocytenaantal en Hb-elektroforese of -chromatografie
Controle
□ Hb
Angina pectoris
Risico-inventarisatie (nuchter)
□ glucose, totaal cholesterol, HDL-cholesterol,
LDL-cholesterol, triglyceriden, eGFR
Bij vermoeden van anemie of hyperthyreoïdie
□ Hb □ TSH (indien afwijkend vrij T4)
Artritis
Jicht
Diagnostiek
□ urinezuur
Controle onderhoudsbehandeling
□ urinezuur (elke vier weken)
□ urinezuur, eGFR + creatinine (bij aanvang, daarna jaarlijks)
Atriumfibrilleren
Opsporing onderliggende aandoening
□ Hb, TSH, glucose (nn)
Vermoeden hartfalen
□ (NT-pro)BNP
Bij aanvang behandeling met orale anticoagulantia
□ eGFR
Controle digoxinegebruik (bij aanvang en jaarlijks)
□ kalium, eGFR
Bloedingsneiging, verhoogde
Diagnostiek
□ APTT, PT, trombocyten
Controle therapie cumarinederivaten
□ PT-INR
Cardiovasculair risicomanagement
Risico-inventarisatie
□ lipidenspectrum, glucose, eGFR + creatinine
□ albumine-creatinineratio (ACR) in urine
Bij aanvang medicamenteuze behandeling
□ LDL-cholesterol (elke 3 mnd herhalen tot streefwaarde is bereikt)
□ eGFR + creatinine, natrium, kalium (RAS-remmer en/of diureticum)
Controle behandeling
□ eGFR + creatinine, natrium, kalium (RAS-remmer en/of diureticum, jaarlijks)
□ glucose (1×/3 jaar)
□ albumine-creatinineratio (ACR) in urine (1x/3 jaar)
Diagnostiek familiaire hypercholesterolemie
□ lipidenspectrum, glucose, TSH, ALAT
Dreigende dehydratie
□ eGFR + creatinine, natrium, kalium
Opsporing onderliggende aandoening
□ glucose, BSE of CRP, Hb, leukocyten, eGFR, TSH, natrium, kalium, ALAT
□ nitriet (indien negatief: dipslide of sediment)
Op indicatie
□ calcium (bij bedlegerigheid, bekende maligniteit)
□ vitamine B1, B12, foliumzuur (bij vermoeden van insufficiënte voeding)
Vermoeden van intoxicatie door geneesmiddelen
□ ……………………………….. (geneesmiddelspiegel)
Diabetes mellitus type 2
Diagnostiek en opsporing
□ glucose (nuchter)
Risico-inventarisatie (nuchter)
□ HbA1c, totaal cholesterol, HDL-cholesterol, LDL-cholesterol, triglyceriden, eGFR
□ albumineconcentratie of albumine/creatinine-ratio (urine)
Driemaandelijkse controle
□ glucose (voorkeur nuchter, evt 2 uur postprandiaal)
Alleen bij 2-4 dd insuline:
□ 4 punts dagcurve, HbA1c (1x/3-6 mnd)
Jaarlijkse controle
□ glucose (nuchter), HbA1c, eGFR
□ albumineconcentratie of albumine/creatinine-ratio (urine)
□ K (bij gebruik RAS-remmer, diuretica)
Bij aanvang/aanpassing behandeling met RAS-remmer/diuretica
□ eGFR, K (herhalen > 2 weken)
Diarree
Acuut, bij ernstig ziek zijn
□ Campylobacter, Salmonella (PCR, indien niet beschikbaar: feceskweek)
□ Shigella □ Yersinia □ EHEC/STEC
□ Clostridium difficile
Klachtenduur > 10 dagen
□ Giardia lamblia (PCR, indien niet beschikbaar: TFT)
□ Entamoeba histolytica
□ Cryptosporidium, Cystoisospora belli en Cystoisospora cayetanensis
□ Dientamoeba fragilis
Diepe veneuze trombose en longembolie
Diepe veneuze trombose (eerstelijnsbeslisregel ≤ 3)/
longembolie (Wells regel ≤ 4)
□ D-dimeer
Bij aanvang behandeling met orale anticoagulantia
□ eGFR
Geneesmiddelentherapie
Controle lithiumgebruik
□ lithiumspiegel (12 uur na inname), eGFR + creatinine (2x/jaar)
□ calcium, TSH (1x/jaar)
Controle clozapinegebruik
□ leukocytentelling met differentiatie (1x/maand en bij koorts/keelpijn/griep)
□ clozapinespiegel (12 uur na inname) (1x/jaar en op indicatie)
Controle digoxinegebruik
□ kalium, eGFR (1x/jaar)
□ digoxinespiegel (voor gift, alleen bij vermoeden intoxicatie)
Controle geneesmiddelentherapie
□ ……
Diagnostiek:
(NT-pro-)BNP
Opsporing onderliggende aand en co-morb.:
Hb/Ht, TSH, gluc., CRP, leukoc.,diff.,ALAT, -GT, lipidenprofiel
Bij start/controle therapie:
Na, K, eGFR (bij start, -> 2x/jr)
eGFR (2 wk na start RAS remmer)
K (2 wk na start diureticu of/ dosering ↑ spironol.)
Diagnostiek:
Transferrinesaturatie, ferritine
Vervolgdiagnostiek bij verhoogde waarden:
ALAT, BSE(CRP), Hb, glucose.
Leveraandoeningen
Diagnostiek leveraandoening
□ ALAT
Vervolgdiagnostiek bij licht verhoogd ALAT
□ ALAT en spijtserum (na 4 weken)
Bij persisterend verhoogd ALAT na 4 weken:
□ Hepatitis B en C (HBsAg, anti-HVC en indien pos HCV-RNA)
□ EBV-serologie, CMV-serologie, hepatitis E (IgM-HEV)
Diagnostiek virushepatitis
Geef klinische gegevens aan (indicatie, eerste ziektedag, klachten, datum mogelijk besmettingsmoment, vaccinatiestatus)
□ ALAT
□ Hepatitis A (IgM anti-HAV)
□ Hepatitis B (HBsAg en Anti- HB core)
□ Hepatitis C (klachten/risicocontact > 10 wkn, anti-HCV, indien pos HVC-RNA)
□ Hepatitis C (klachten/risicocontact < 10 wkn, HCV-RNA)
□ Hepatitis E (IgM-anti-HEV)
□ spijtserum (bij acute klachten mn icterus)
Controle behandeling
□ ALAT
□ Hepatitis B (na 6 mnd; HBsAg en evt. HBeAg, HBV-DNA)
□ Hepatitis C (na 3 mnd; HCV-RNA)
Controle dragerschap hepatitis B
□ ALAT (elke 6 mnd)
□ HBsAg (elke 3 jaar)
Controle Hepatitis B vaccinatie
□ Hepatitis B (anti-HBs)
Diagnostiek H. pylori-infectie
Fecestest
Ureumademtest
Controle behandeling (6 wk na behandeling)
Fecestest
Ureumademtest
Bij vermoeden van anemie
Hb
Kweek, banaal
Materiaalsoort…………………………………..
Herkomst mat.:………………………………….
Ziekteverschijnselen:……………………………
Kweek specifiek op……..……………………
Materiaalsoort:………………....……………….
Afnameplaats:…..……………………………….
Ziekteverschijnsel:………………………………
Neonatale icterus
□ totaalserumbilirubine
Nieraandoeningen
Diagnostiek nierschade
□ Albumine/creatinine ratio (ochtend)urine, eGFR + creatinine
Vermoeden/uitsluiten specifieke nierziekte (alleen op indicatie)
□ urinesediment: (dysmorfe) erytrocyten / celcilinders
Vervolgdiagnostiek verminderde eGFR (alleen op indicatie)
□ eGFRcys (op basis van cystatine C)
□ 24-uurs creatinineklaring (urine)
Opsporing metabole complicaties (bij sterk verhoogd risico)
□ Hb, calcium, kalium, fosfaat
Risico-inventarisatie (cardiovasculair)
□ totaal cholesterol, HDL-cholesterol, LDL-cholesterol, triglyceriden, totaal cholesterol /HDL-cholesterol ratio, glucose
Vroeg-)diagnostiek prostaatcarcinoom
□ PSA (beperkte waarde)
Op indicatie:
□ K, Na (diureticagebruik, dehydratie)
□ vitamine B12, foliumzuur (bij anemie, ataxie, paresthesieën)
□ vitamine B1, B6 (vermoeden deficiënte voeding)
□ nitriettest, leukotest, erytest (urine, vermoeden urineweginfectie)
Schildklierfunctiestoornissen
Diagnostiek
□ TSH, indien afwijkend vrij T4
Vermoeden thyreoïditis
□ BSE, leukocyten
(Subklinische) hyperthyreoïdie (tenzij thyreoïditis)
□ TSH-R-antistoffen
Controle hypo-/hyperthyreoïdie (combinatietherapie)
□ TSH, vrij T4
Controle subklinische hypothyreoïdie (TSH > 6 mU/l) en hyperthyreoïdie
□ TSH, indien afwijkend vrij T4
Soa
□ Chlamydia (NAAT/PCR vrouw: vaginale wat; man: eerste-straalsurine)
□ Gonorroe (NAAT/PCR vrouw: vaginale wat; man eerste-straalsurine)
□ HIV (duo-/combotest)
□ Syfilis (diagnostiek)
□ Syfilis (controle behandeling, na 6/12 maanden)
□ Hepatitis B
□ Trichomonas (NAAT/PCR fluor)
□ Herpes-simplex virus type 1 en 2 (NAAT/PCR uitstrijk ulcus)
Sperma-onderzoek: zie instr. lab.
CAT: chlamydia IgG-antistoffen
Diagnostiek
□ nitriettest, leukotest, erytest
□ dipslide/kweek met resistentiebepaling (kinderen, zwangeren, koorts, risicogroepen)
Controle
□ nitriettest, leukotest, erytest
□ dipslide/kweek met resistentiebepaling (na falen therapie)
□ glucose (nuchter; bij klachten/verhoogd risico)
□ glucose (nuchter; bij klachten/verhoogd risico)
□ rubella (indien niet gevaccineerd)
□ varicella (indien niet doorgemaakt)
□ parvovirus B19 (5e ziekte, bij verhoogd risico)
□ foliumzuur (bij gebruik anti-epileptica)
□ TSH, vrij T4 (schildklierafwijking (in de voorgeschiedenis))
□ TSH-R-antistoftiter (bij hypothyreoïdie en Graves (in de VG))
□ Hb-elektroforese (bij verhoogd risico op thalassemie)
Bij zwangerschap tevens:
□ prenatale screening (ABO-, RhD, RHc bloedgroep, irr. antistoffen, HBsAg, lues, hiv)
□ Hb
pariteit: …………….
zwangerschapsduur: …………….
Bij zwangerschapswens tevens:
□ chlamydia, HBsAg, hiv (bij verhoogd risico)
Relevante klinische gegevens en opmerkingen:
…………………….……………………………
………………………….………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Informatie over bloedonderzoek: www.kiesbeter.nl
BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRESENTATIE LVS 1 BIJLAGE E1 STUDENT DIE PRESENTEERT
BIJLAGE PRIVACYCLAUSULE ALGEMENE VERORDENING GEGEVENSBESCHERMING (AVG) TITEL 1
BIJLAGE 01 AAN PROCESVERBAALNR HA18L2…………………………… DATUM…………………………… POLITIE LOMMEL DORP
Tags: aanvraagformulier acuut, acuut, syndroom, probleemgeoriënteerd, troponine, aanvraagformulier, coronair, bijlage